E. cuniculi is een protozoa, dit is een heel klein organisme dat alleen kan overleven binnen in het konijn. Het kan wel sporen vormen en in deze spore kan de parasiet wel buiten het konijn overleven, in de zomer zelfs wel enkele weken.
Het konijn kan zich op verschillende manieren besmetten met E. cuniculi. Een eerste mogelijk is nog in het moederkonijn, via de placenta. Een andere mogelijkheid is het opnemen van de sporen via besmet voer. Dit voer is besmet geraakt door de urine van andere besmette konijnen. Na opname van de E. cuniculi kan deze in het konijn een tijdje aanwezig blijven zonder het konijn direct ziek te maken. Vaak wordt de parasiet pas weer actief als het konijn een stressperiode meemaakt, bijvoorbeeld een verhuizing, een nieuw konijn en natuurlijk ziek zijn.
Wanneer E. cuniculi weer actief wordt zien we vooral neurologische problemen, zoals een scheve kop, gedraaide nek of omrollen en niet kunnen stoppen. Ook problemen met de achterhand waarbij konijnen slepen met 1 of 2 achterpoten, komen vaak voor. Vagere symptomen, maar die ook bij E. cuniculi horen zijn blaasproblemen, zoals de urine laten lopen of meer drinken dan anders. Een laatste symptoom is vermageren zonder duidelijke oorzaak.
E. cuniculi is een zoönose, wat betekent dat de mens ook besmet kan raken. Gelukkig zijn wij niet heel erg gevoelig voor een besmetting, en alleen mensen met een zware onderdrukking van het immuunsysteem zijn gevoelig voor een besmetting.
Behandeling tegen E. cuniculi is mogelijk, maar vraagt veel tijd voor herstel. Helaas is er ook altijd een mogelijkheid dat ondanks de behandeling de infectie toch terugkomt. Het eerste wat belangrijk is in de behandeling is om te zorgen dat het konijn zichzelf niet kan bezeren of beschadigen en dat het altijd kan blijven eten of drinken. Wanneer het niet uit zichzelf eet, zullen we het konijn moeten dwangvoederen. Verder gaan we de parasiet bestrijden met een antiparasitair middel dat voor langere tijd gegeven moet worden. Eventuele secundaire infecties zullen bestreden moeten worden met een antibiotica. Tot slot zullen we met een sterke ontstekingsremmer proberen de zenuwsymptomen snel tot rust te laten komen. Wanneer de behandeling aanslaat zal het konijn herstellen, maar er is altijd een kans dat in later de infectie terug opflakkert.
Wij maken gebruik van cookies om de gebruikerservaring te verbeteren. Deze cookies verzamelen geen persoonsgegevens. Lees hier meer over de cookies en onze privacyverklaring.